Drie graven
1943: HET EERSTE GRAF
Het eerste graf van Karel HG Bos is uiteraard het massagraf van 23 mei 1943, waarin hij werd begraven toen hij werd geëxecuteerd in het Tasnan-bos, vlakbij het krijgsgevangenenkamp in Bonowoso, waar hij gevangen werd gehouden. Er lagen 37 slachtoffers in dit massagraf.
Alle andere 36 slachtoffers zaten ook gevangen in het interneringskamp in Kesilir, samen met mijn grootvader. Ook opmerkelijk: 35 van de slachtoffers waren mannen en 2 vrouwen.
1945: DE ZOEKTOCHT NAAR HERSTEL
Nadat de Japanse bezetting in 1945 eindigde en de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog begon, startte de Nederlandse regering met het opsporen en eren van de oorlogsslachtoffers. Een belangrijke instantie was de Opsporingsdienst van Overledenen (ODO).
1948: DE ONTDEKKING & OPGRAVING
November 1948: De Nederlandse militaire grafdienst ontdekte en groef het massagraf op tijdens een gecoördineerde operatie. Ze legden alle stoffelijke overschotten in een kist en brachten ze naar Ereveld Kembang Kuning (een Nederlandse oorlogsbegraafplaats) in Soerabaja.
Het massagraf werd opgegraven om zowel humanitaire als herdenkingsredenen, waaronder de identificatie en het eerbetoon aan de slachtoffers. De Nederlandse autoriteiten hebben er bewust naar gestreefd om degenen die onder oorlogsomstandigheden anoniem werden begraven, te lokaliseren en namen te geven.
De stoffelijke resten bevonden zich bij de Graves Services aan de Palmanlaan. Ze hebben drie dagen lang geprobeerd om elk van de 38 slachtoffers te identificeren. Ze vonden voorwerpen van vrome aard, evenals trouwringen, wat hielp bij het identificatieproces (waarom deze niet door de Japanse bezetting zijn gestolen, weet ik niet). Helaas was mijn grootvader toen al gescheiden, dus droeg hij geen trouwring meer.
De stoffelijke resten van alle 37 slachtoffers werden zorgvuldig geborgen, geïdentificeerd (waar mogelijk) en vastgelegd in een officieel ODO-rapport. Helaas konden de meeste slachtoffers niet met zekerheid worden geïdentificeerd. (Volgens wat ik heb gelezen, gebruikten de Nederlanders destijds inderdaad gebitsgegevens om lichamen te identificeren. Dit doet me vermoeden dat de onthoofding mogelijk heeft bijgedragen aan het onvermogen om te identificeren?)

.png)
Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
Massagraven ontdekt in de djati-bossen van Tasnan
Namen van de geëxecuteerden bekend
​
Het hoofd van het Surabaya-filiaal van de Onderzoeksdienst voor Overledenen (ODO), de heer JWF Meeng, meldt ons het volgende vanuit Djember:
De ODO beschikte al langer over informatie waaruit bleek dat er in de teakbossen in de omgeving van Tasnan een massagraf aanwezig moest zijn van personen die daar tijdens de Japanse bezetting waren geëxecuteerd.
​
In samenwerking met het Nefis-team in Djember en in aanwezigheid van het hoofd van de Opsporingsdienst voor de Overledenen in Batavia, de heer CD van der Harst, werd een onderzoek ingesteld naar het gemelde massagraf. Een voormalige chauffeur van de Ken Pei Tai, die de gevangenen in een vrachtwagen naar de rand van het bos had gereden, werd bereikt.
​
Vanaf dat moment werd de operatie uitgevoerd: de bevolking, die zo goed mogelijk meewerkte, wees de plek in het teakbos aan waar de massagraven moesten komen.
​
Om alle twijfels uit te sluiten, werd een monster genomen en inderdaad werden er op een diepte van 1,50 meter resten aangetroffen. De locatie werd gemarkeerd zodat de Gravendienst de massagraven te zijner tijd kon blootleggen.
​
Op basis van de gegevens waarover de ODO beschikt, kan met een zekere mate van zekerheid worden aangenomen dat de meerderheid van de hier genoemde geëxecuteerde personen deel uitmaakten van de geïnterneerden van het zogenoemde Kesilir-kamp, waarvan de namen als volgt kunnen worden getraceerd:
​
JCC Lang, LJ Oudkerk Pool, S. Wentzel, CA Damboer. F. Deeleman, FC van der Kwast. Christian, JB Kannegieter, Herman de Jonge, DF van den Dungen Bille, E. Bohle, VH Straube, J. Voigt, RM Brantz, CF Lans, MC Voogd, UA Thiel, D. Lentze, DJ Helmich, E. Koot, KA Visser, JH Mussers, KHG Bos , HH Held, W. Schoen, Adriaan Bos, WA Noordwij, H. Esser, JA Schell, E. Delmaar, R. Barneveld Binkhuyzen, Th. J. Groenendijk, PCM Gude, A. van Ardenne, L. Vincent, RAD Eman, FE Meyer, Ch. A. Smith, zuster klusjesman uit Modjowarno, mevrouw Luinenburg uit Modjowarno.
​
Uiteraard zal na de opgraving een visumrapport opgesteld moeten worden, waarbij het juiste aantal slachtoffers vastgesteld moet worden.
​
De slachtoffers van deze FM Donkers, AW zijn: Groothengel. MJ Schikker, HW Ruigrok, CB de Stoppelaar, JW Groothengel, MDM Neyman, PF Siegers. J. Anthony, C. Bouthoorn, MM de Monchy, AW ten Oever. H. Boekestein, CO Prosman, TCM Dobbelman. W. van Wagtendonk, EF Cath, A. Heysteck, PJ Klein, G. Muller, RP Zeff, N. Nijk. L. Heyboer, EJ Hilling. PJ Vastenou, CM Jonker, CJ Hinsbeek, AV Rossum, JP Remmert, ACM Jansen, Tjia Ling Tiek.
​
De legaten zijn onderworpen aan een overlijdensakte van de familie-erfenis. Indien dit nog niet is gebeurd, wordt overwogen contact op te nemen met de kantoren van ODO in Surabaya (Woonhuis), Bandung (SS-gebouw) en het Ministerie van Justitie in Batavia.



.png)
Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
Massagraven in Tasnan
​
Het hoofd van de Dienst Overledenen te Surabaya, ambtenaar van de Nederlandse Opsporingsdienst (ODO), de heer JWF Meeng, meldt het volgende vanuit Djember:
​
De ODO beschikte al enige tijd over informatie waaruit bleek dat er zich in het teakbosgebied van Tasnan een massagraf moest bevinden van mensen die daar tijdens de Japanse bezetting zijn geëxecuteerd.
​
In samenwerking met het Nefis-team in Djember en in aanwezigheid van het Hoofd van de Dienst Opsporing Overledenen in Batavia, de heer CD van der Harst, werd een onderzoek gestart naar het gemelde massagraf.
​
Een voormalige chauffeur van de Ken Pei Tai, die de gevangenen in een vrachtwagen naar de rand van het bos had gereden, werd geïdentificeerd. De operatie begon vanaf dit punt; de bevolking, die de uiterste medewerking verleende, identificeerde de locatie in dat Djati-bos waar de massagraven zich zouden bevinden.
​
Om elke mogelijke twijfel uit te sluiten, werd een monster genomen en inderdaad werden er resten gevonden op een diepte van 1,5 meter. De locatie werd gemarkeerd zodat de Dienst Grafen te zijner tijd de massagraven kon opgraven.
​
Op basis van de informatie waarover het ODO beschikt, kan met vrijwel zekerheid worden aangenomen dat de meerderheid van de geëxecuteerden geïnterneerden waren van het zogenaamde kamp Kesilir , waarvan de namen als volgt kunnen worden getraceerd:
​
JCC Lang, LJ Oudkerk Pool, S. Wentzel, CA Damboer, F. Deeleman, FC van der Kwast, Christan, JB Kannegieter, Herman de Jonge, DF van den Dungen Bille, E. Bohle, VH Straube, J. Voigt, RM Brantz, CF Lans, MC Voogd, UA Thiel, D. Lentze, DJ Helmich, E. Koot, KA Visser, JH Mussers, KHG Bos , HH Held, W. Schoen, Adriaan Bos, WA Noordwij, H. Esser, JA Schell, E. Delmaar, R. Barneveld Binkhuyzen, Th. J. Groenendijk, PCM Gude, A. van Ardenne, L. Vincent, RAD Eman, FE Meyer, Ch. A. Smith, zuster Klusman uit Modjowarno, mevrouw Luinenburg ult Modjowarno.
​
Uiteraard zal na de opgraving een visumrapport moeten uitwijzen hoeveel slachtoffers er precies zijn.
​
Naar aanleiding van berichten dat er nog een graf met ongeveer tien personen in de buurt van Tasnan zou zijn, waarover nog niets bekend is, wordt er verder onderzoek gedaan.
​
Ook moet worden opgemerkt dat het graf in Tasnan niet verward moet worden met het reeds gemarkeerde massagraf op de Lengkong-golfbaan (bij Moemboelsari).
​
De slachtoffers hiervan zijn:
​
FM Donkers, AW Groothengel, MJ Schikker, HW Ruigrok, CB de Stoppelaar, JW Groothengel, MDM Neyman, PF Siegers, J. Anthony, C. Bouthoorn, MM de Monchy, AW ten Oever, H. Boekestein, CO Prosman, TCM Dobbelman, W. van Wagtendonk, EF Cath, A. Heysteck, PJ Klein, G. Muller, RP Zeff, N. Nijk, L. Heyboer, EJ Hilling, PJ Vastenou, CM Jonker, CJ Hinsbeek, AV Rossum, JP Remmert, ACM Jansen, Tjia Ling Tiek.
​
Om een overlijdensakte te verkrijgen, wordt nabestaanden geadviseerd om, indien zij dit nog niet hebben gedaan, contact op te nemen met de ODO-kantoren in Surabaya (woonkantoor), Bandung (SS-gebouw) en Batavia (ministerie van Justitie).
​



Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
ODO een Maatschappelijk Belang
Detectivewerk in een vaag verleden
Het Madoera-mysterie opgelost
Bij binnenkomst in het kantoor van Residentie ziet men rechts een bescheiden bordje met de tekst ODO. Weinigen vermoeden waarschijnlijk welke belangrijke rol deze instantie speelt in het leven van veel mensen. Hieronder presenteren we het interessante interview dat we hadden met het hoofd van ODO.
In december 1945 werd in Batavia (Jakarta) de Dienst Opsporing Overleden Personen (ODO) van het Ministerie van Justitie opgericht. In de eerste maanden van 1946 werden er bijkantoren geopend in Surabaya en Bandung. Later kregen ook Semarang, Padang en Medan bijkantoren.
Doel en inzet van de ODO is het opsporen van oorlogsslachtoffers in de ruimste zin van het woord uit de Japanse bezetting en de bersiapperiode, het achterhalen van hun namen en sterfplaatsen en het laten registreren van deze personen in de speciale overlijdensregisters van de Burgerlijke Stand in Batavia. Het behoeft geen betoog dat dit een omvangrijke taak is, zeker nu een deel van het binnenland nog steeds ontoegankelijk is.
Hierdoor kon de ODO veel belangrijke gegevens niet verkrijgen. Van de ruim 36.000 oorlogsslachtoffers zijn er daardoor slechts ongeveer 18.000 geregistreerd in de speciale registers van de Burgerlijke Stand in Batavia (Jakarta).
Het grote maatschappelijke belang van de ODO blijkt al uit het simpele feit dat, dankzij de tussenkomst en medewerking van deze dienst, een officiële overlijdensakte aan de nabestaanden wordt uitgereikt. Deze akte is onmisbaar voor pensioenuitkeringen, levensverzekeringen, erfenissen en hertrouwen.
Naast dit administratieve werk verricht de ODO echter ook het echte speurwerk. Want het lokaliseren van massagraven, het blootleggen van vaak afschuwelijke misdaden gepleegd door Japanners en extremisten , vereist een onvermoeibare speurneus, eindeloos geduld en bovenal... tijd. Dit Sherlock Holmes-werk (waaraan de ODO de volledige medewerking van de NEFIS kreeg) is vaak met succes bekroond, zoals blijkt uit de ontdekking van verschillende massagraven, waaronder in Moemboelsarie, het graf van de planter uit Oosthoek, en in Toempang (boven Malang), waar 38 slachtoffers van de extremistische groepering werden begraven.
In de loop van volgende week zal in samenwerking met de Graves Service het massagraf in Tasnan worden opgegraven. Om dit deel van het werk van de ODO te illustreren, geven we nog een paar voorbeelden.


Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
STADSNIEUWS
BONDOWOSO ONTHULD MASSAGRAF
(Van onze correspondent)
​
Nadat de UDU enkele maanden geleden in samenwerking met de Nefis al had vastgesteld dat zich bij de bekende badplaats Tasnan , ongeveer 10 km van Bondowoso , een massagraf bevond, werd dinsdagochtend in samenwerking met de dienst Graves-1 begonnen met het openen van dit graf.
​
Het graf bevatte de stoffelijke overschotten van 38 mannen en twee vrouwen, allen van Europese afkomst. Ze werden in 1943 geëxecuteerd door de Kempei-tal.
De namen van de ongelukkigen zijn:
De heren JCC Lang: LJ. Otterloo?; 8. Wentsel; CA Danboer; F. Deeleman; FC van der Kwast; Christelijk; JB Cannegieter; H. de Jonge; DFD door. de Dungen Bille; E. Bohle; FH Straube J. Woigt; JM Brandtz; CF-lans; MC Bewaker; UA Thiel; D. Lentze; DJ Hellmi; E. Koot; KA Visser; JH Mussers; KHG Bos ; HA Held; W. Schoen; A. Bos; WA
​
Noord Bij de opgravingen van dinsdag en woensdag zijn de stoffelijke resten van 24 personen aangetroffen.
​
De opgravingen worden momenteel voortgezet. De heer Meeng van de ODO is momenteel in Djember om deze werkzaamheden uit te voeren, samen met de afdeling Gravendienst van Oost-Java.
​
Nadat de stoffelijke resten in een kist zijn gelegd, worden ze overgebracht naar de gravendienst aan de Palmenlaan in Surabaya. Op termijn zullen ze worden bijgezet op het Ereveld op Kembang Koening.
​
Mensen die informatie kunnen verstrekken die identificatie mogelijk maakt, worden verzocht zich te melden bij de bovengenoemde dienst of bij het ODO (Residence Office, Surabaya).


Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
MASSAGRAF BIJ BONDOWOSO
​
In Tasnan , zo'n tien kilometer van Bondowoso , werd door de OCO (OCO) een massagraf gegraven. Het graf bevatte de stoffelijke overschotten van achtendertig mannen en twee vrouwen van Europese afkomst, die in 1943 door de Kempeitai werden geëxecuteerd. Ze zullen worden begraven op de Kembang Koening oorlogsbegraafplaats in Surabaya.
​
​

Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
Mededeling van de Dienst Opsporing Overledenen (ODO)
Uit het archief van het NIOD.
​
Geplaatst door Marcel Ravenhorst op 29 december 2020
​
KOPIËREN
Overgenomen uit: RAPPORT van de Dienst Opvang Overledenen (0.D.0.) over de maand december 1948 voor het Ministerie van Justitie. 30.30 uur: Zakenreis "Oosthoek", Madura en Kangean. Eind november ondernam ik een zakenreis naar Oost-Java, Madura en Kangean.
Op 24 november begon de Army Graves Service, in mijn verzet, met het opgraven van het massagraf in het Tasnan-bos (gelegen tegenover de weg Djember Bondowoso), waar op 23 mei 1943 ongeveer 40 mensen, voornamelijk afkomstig uit het zogenoemde Kesilir-kamp, door de Japanners werden geëxecuteerd.
​
De opgraving duurde drie dagen.
​
In het graf werden ook een aantal voorwerpen van vrome aard gevonden, zoals zegels en trouwringen.
​
Er werden 37 slachtoffers gevonden, namelijk: (zie lijst in bovenstaand artikel)
​
​



Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
Massagraf van slachtoffers van Kesilir gevonden
​
De Nederlandse Opsporingsdienst voor Nabestaanden beschikte al langer over gegevens die erop wezen dat er in de teakbossen bij Tasnan een massagraf aanwezig moest zijn van mensen die daar tijdens de Japanse bezetting zijn geëxecuteerd.
​
In samenwerking met de Nefis in Djember en in aanwezigheid van het hoofd van de ODO in Batavia, de heer CD vd Harst, werd een onderzoek gestart naar het gemelde massagraf. Een voormalige Kenpetai-chauffeur werd geïdentificeerd, die de gevangenen in een vrachtwagen naar de rand van het bos in het dorp Tjongkrong bij Tasnan had gereden, ongeveer 10 kilometer van Bondowoso.
​
Vanaf dit punt werd de operatie uitgevoerd. De bevolking, die zoveel mogelijk meewerkte, wees de locatie in de teakbossen aan waar de massagraven zouden komen. Om elke twijfel weg te nemen, werd een steekproef genomen en inderdaad werden er resten gevonden op een diepte van 1,5 meter.
​
De locatie werd gemarkeerd zodat de gravendienst de massagraven (die dateren van 23 mei 1943) kon opgraven. Volgens het Nieuwe Centrum waren de stoffelijke overschotten van 82 mensen al op 25 november opgegraven, terwijl in totaal 40 mensen zouden zijn geëxecuteerd. Onder de 40 mensen bevonden zich 38 mannen en 2 vrouwen.
​
De meeste van deze geëxecuteerden komen uit het beruchte kamp Kesilir bij Banyuwangi. Zodra de opgravingen zijn voltooid, worden de stoffelijke resten naar Surabaya gebracht voor herbegrafenis in Kembang Koening.
​
De namen van de slachtoffers van deze massamoord zijn reeds bekend en volgen hierbij:
​
JCC Long, LJ Oudkerk Pool, S. Wentsel, CA Damboer, F. Deeleman, FC van der Kwast, Christian, JB Kannegieter, H. de Jonge, DFD vd Dunging Billen, E. Bohle, VH Straube, J. Voigt, RM Brantz, CF Lans, MC Voogd, UA Thiel, D. Lentze, DJ Helmich, E. Koot, KA Visser, JH Mussers, KH Bos , HA Held, W. Schoen, AA Bos, WA Noordzij, H. Esser, JA Schell, E. Delmaar, R. Barneveld Binkhuyzen, J. Groenendijk, PCM Gude, A. van Ardenne, L. Vincent, RAD Eman, FE Meyer, Ch. Smith, zuster Klusman en mevrouw Luinenburg, de laatste twee uit Modjowarno.
​
Van een van de overlevenden van het kamp Kesilir, de "Nieuwe Crt.", hoorden we dat kort nadat het zeer afgelegen kamp in gebruik was genomen, er een illegaal plan was gesmeed onder enkele bewoners van het kamp.
​
1949: DE HERBEGRAFENISINSPANNING
Er waren verschillende redenen voor opgraving en nieuwe graven:
​
-
De Nederlandse regering wilde een fatsoenlijke begrafenis garanderen. Het graf van Tasnan was een haastig gegraven executieplaats.
-
Door de herbegrafenis ontstonden waardige, goed onderhouden graven op een officiële oorlogsbegraafplaats.
-
De nieuwe graven zouden families de gelegenheid geven om te rouwen, aangezien veel Nederlandse families geen weet hadden van het lot van hun familieleden. Zelfs degenen die het wel wisten, wisten niet waar het massagraf zich bevond.
-
Opgravingen leverden afsluiting, namen en de locatie van de graven op.
-
Het maakte de documentatie van oorlogsmisdaden mogelijk. Deze handelingen maakten deel uit van bredere inspanningen om Japanse oorlogsmisdaden en wreedheden te onderzoeken en bewijs te bewaren voor historische en juridische verantwoording.
-
Tot slot waren er redenen voor onderhoud en verzorging op de lange termijn. De afgelegen boslocatie was niet geschikt voor onderhoud. Begraafplaatsen zoals Kembang Kuning en Ancol worden permanent onderhouden door de Nederlandse overheid.
1949: HET TWEEDE GRAF
​​​
Het plan van de Nederlandse regering was om alle stoffelijke overschotten samen te herbegraven op een andere oorlogsbegraafplaats in de hoofdstad Jakarta, aan de westkant van Java. Op verzoek van twaalf families van de slachtoffers bleven de stoffelijke overschotten echter in Soerabaja en werden ze herbegraven op de Nederlandse oorlogsbegraafplaats Ereveld Kembang Kuning. Dit gebeurde op 28 oktober 1949.

De slachtoffers van het massagraf zijn niet allemaal tegelijk herbegraven. Ze liggen in twee (nieuwe) massagraven. De families van de in dit artikel genoemde slachtoffers hebben verzocht om hun dierbaren te herbegraven op het ereveld van Kembang Koening Cemetery in Surabaya.
(Zie vertaling hieronder.)
Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
Slachtoffers van Tasnan
Het hoofd van de Army Graves Service Branch Office Surabaya, Palmenlaan nr. 30, maakt bekend dat de stoffelijke overschotten van de hieronder genoemde oorlogsslachtoffers, geëxecuteerd tijdens de Japanse bezetting en begraven in het massagraf in Tasnan, nabij Bondowoso , op verzoek van de familieleden zullen worden herbegraven op het ereveld "Kembang Koening".
De begrafenis zal plaatsvinden op 28 oktober om 8.00 uur. De bovengenoemde instelling verstrekt u graag nadere informatie over de herbegrafenis.
De hierboven genoemde geïdentificeerde oorlogsslachtoffers zijn:
A. van Ardennen. RM Brantz. A. Bos. E. Bohle. E. Christan. F. Deeleman. CF Damboer. P.C.M. Gude. D. Lentze. CF Lans. LJ Oudkerkzwembad. MC Voogd.


Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
De slachtoffers van Tasnan
Herbegrafenis op de oorlogsbegraafplaats
​
Op een dag in juni 1943 werd de stilte in de teakbossen rond Tasnan verstoord door de scherpe explosieven van die vuurpelotons. Zevenendertig Nederlanders vielen als slachtoffers van de Kempei Tai.
​
Zevenendertig Nederlanders die in Kesilir geïnterneerd waren, vonden tijdens een van hun omzwervingen een gedemonteerde zender in een verlaten huis.
​
Een aantal van hen slaagde erin de zender weer in elkaar te zetten, waarna er contact kon worden gemaakt met de buitenwereld, de geallieerden.
​
Verraders gaven het geheim door aan de Japanners, evenals de samenstelling van de groep. Ze werden allemaal meegenomen en na een pijnlijke ondervraging ter dood veroordeeld.
​
Vanmorgen zijn twaalf van de zevenendertig slachtoffers herbegraven op de oorlogsbegraafplaats Kembang Koening. Onder grote belangstelling,
de stoffelijke resten van wijlen A. van Ardenne, RM Brantz, E. Böhle, A. Bos, E. Christan, LF Damboer, F. Deeleman, PCM Gude, CF Lans, D. Lentze, LJ Oudkerk Pool en MC Voogd werden begraven.
​
Er werden talrijke bloemenhuldes en prachtige kransen meegebracht, waaronder één van Zijne Eminentie Wali Negara van Oost-Java.
​
Rond de geopende graven stonden de vertegenwoordiger van de commandant van de A-Divisie, de plaatselijke commandant, de afgevaardigden van de A-Divisie, de grote delegatie van de oproerpolitie, de oproerpolitie en vele familieleden. Luitenant I. Hagdorn hield een korte toespraak. De spreker prees de heldhaftigheid van de slachtoffers, die het ultieme offer voor hun land hadden gebracht. De tamboer- en doedelzakmuziek klonk over het ereveld.
​
Langzaam werd onze driekleur weer in de hoogste positie gehesen.
​
Mogen zij in vrede rusten!
1949: HET DERDE GRAF:
DE TWEEDE EN LAATSTE RUSTPLAATS van KHG BOS
Op 5 oktober 1949 werd mijn grootvader, samen met de overige slachtoffers, met waardigheid en eer herbegraven in een nieuw massagraf. Zijn laatste rustplaats bevindt zich nu op het EREVELD op EREVELD ANCOL (Nederlandse Oorlogsbegraafplaats), langs Ancol Beach, in de hoofdstad Jakarta.
Zij zijn allen herbegraven onder de hoede van de Oorlogsgravenstichting.
Een speciaal woord van dank aan Johan Teeuwisse, coördinator Archief en Necrologie bij Oorlogs Graven Stichting, die persoonlijk al mijn e-mails beantwoordde en me hielp met de exacte locatie van het nieuwe graf van mijn grootvader. Er was verwarring tussen online zoekopdrachten en artikelen, omdat de resultaten beide Nederlandse oorlogsbegraafplaatsen aangaven: de Kembang Kuning in Soerabaja en de Ancol in Jakarta. Hij startte vervolgens zijn eigen onderzoek en vond en deelde met mij het krantenartikel van 24 oktober 1949 (hierboven). Daarop werd duidelijk dat de 37 slachtoffers niet langer samen in hetzelfde massagraf begraven lagen, maar nu tussen twee afzonderlijke massagraven, zoals vermeld.
.png)


Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
Herbegrafenis op het ereveld van Antjol (Ancol)
​
Op 15 oktober om 09.00 uur worden op het Ereveld Antjol in Batavia (nu Jakarta) de volgende oorlogsslachtoffers met militaire eer herbegraven.
​
Geïdentificeerd:
E. Delmaar, Gezagvoerder KPM, Th. J. Groenendijk, 3e Wtk. KPM, W. Schoen, Empl. BPM, Mej. LH Klusman, Verpleegster, Mej.HJ Luinenburg-Pelle Zend. Verpleegster, NH Straube, KA Visser.
​
Niet geïdentificeerd:
KHG Bos, Sergt. KNIL, H. Esser, Mil. Matroos, DJ Helmich, medewerk. NKPM, AH Held, Vert. Koopman & Co., Eddy Koot, Hfd. Wtk., FC vd Kwast, KPM, JB Kannegieter, 5e Wtk. KPM, JCO Lang, Bouwkundige, WA Noordzij,
Direct. Christus. MULO, EH Rabe, JA Schell, Gezagvoerder KPM, H. de Jonge, JH Mussers, J. Voigt, Ch. A. Smith, MA van Thiel, S. Wentzel, Gezagvoerder KPMR Barneveld Binkhuizen, 4e Wtk. KPM, D. van de Dringen Bille, Empl. BPM
​
Nabestaanden en belangstellenden die over eigen vervoer beschikken, worden verzocht rechtstreeks naar het ereveld Antjol te komen, waar de stoffelijke resten voor de maaltijd worden opgebaard.
​
Mensen die niet over eigen vervoer beschikken, kunnen vóór 13 maart contact opnemen met de Landmachtgravendienst, tavia, van het kantoor BaHeutszboulevard 2. Zij worden dan door deze dienst naar Antjol gebracht.
​
Kransen en bloemen kunnen tot uiterlijk half acht 's ochtends op 15 oktober worden afgeleverd bij Van Heutszboulevard 2.
​


Vertaling van bovenstaand artikel (uit het Nederlands):
​
Herbegrafenis van oorlogsslachtoffers
Op zaterdagmorgen 15 oktober vond op begraafplaats Antjol de herbegrafenis plaats van de oorlogsslachtoffers die in juni 1943 door de Japanners in Tasnan (Midden-Java) waren geëxecuteerd .
​
Onder de aanwezigen bevonden zich de Gouverneur van Batavia, RAA Hilman Djajadiningrat, en de commandant van de basis van Batavia, Luitenant-Kolonel BP de Vries.
​
Na de groet en het appèl werden korte toespraken gehouden door de protestantse en rooms-katholieke geestelijken. Na het reciteren van het Onze Vader werden de stoffelijke resten naar het graf gedragen, onder het spelen van Chopins Marche Funèbre. De groet werd gebracht en vervolgens werden er kransen gelegd aan de voet van het monument door de gouverneur van Batavia, door luitenant-kolonel De Vries namens de legercommandant en de landmacht, door luitenant-commandant II HE Rambonnet namens de commandant van de marine in het Oosten en de marine, en door burgers van diverse compagnieën.
​
De ceremonie werd afgesloten met het hijsen van de vlaggen, terwijl het Wilhelmus (het Nederlandse volkslied) werd gespeeld.

Bekijk de onderstaande YouTube-video's. Hoewel ze niet de daadwerkelijke grafstenen laten zien, bevatten ze wel een aantal prachtige beelden van de begraafplaats en de omgeving.
DE ANDERE 36 SLACHTOFFERS
Ik heb geprobeerd onderzoek te doen naar de andere 36 slachtoffers van de massa-executie die allemaal samen met mijn grootvader begraven zijn. Helaas is er weinig informatie beschikbaar. Ik hoop dit te kunnen bijwerken zodra ik meer te weten kom.
-
Arthur van Ardenne
-
Rudi Barneveld Binkhuijsen
-
Erwin Bohle
-
Adriaan Bos
-
Roeland Michiel Brantz
-
Eddy Christan
-
Cornelis Ferdinand Damboer
-
Frits Deeleman
-
Emile Delmaar
-
Diederick FD van den Dungen Bille: Een bekende figuur die in technische of militaire functies in Nederlands-Indië diende, mogelijk verbonden aan dezelfde Landstorm-eenheid of verzetskringen als Karel Bos
-
Hendrik Esser: Volgens sommige bronnen wordt zijn naam in verband gebracht met de Nederlandse gemeenschap van civiele ingenieurs en architecten in Indië, wat erop kan wijzen dat hij een professionele kennis was van Karel Bos.
-
Thuswald Jan Groenendijk
-
Pieter Cornelis Marius Gude
-
Antonius Henricus Held
-
Dagobert James Helmich
-
Herman de Jonge
-
Johannes Boudewijn Kannegieter
-
Leonorae Henriette Klusman: Een verpleegster en/of missionariszuster (non). Ze maakte deel uit van de guerrillagroep van Bondowoso die zich verzette tegen de Japanse bezetting, samen met missiezuster Hendrika Johanna Luinenburg-Pelle. Ze werd geëerd voor haar moedige inspanningen, waaronder het organiseren van onderdak, voedsel, het verzamelen van inlichtingen en de coördinatie binnen de kleine verzetsgroep. Haar moed om ondanks gevaar de operaties voort te zetten, veilige ondersteuning te regelen en verraad te weerstaan, maakt haar tot de meest opvallende vrouwelijke held van de Bondowoso-groep.
-
Eddy Koot
-
Franciscus Cornelis van der Kwast
-
Joseph Carel Christiaan Lang: Ook architect in Malang. Hij werd gearresteerd door de Kempeitai omdat hij naar verluidt wapens verstopte. Later sloot hij zich aan bij de verzetsgroep die zich voorbereidde op de bevrijding van de geallieerden.
-
Carel Frederik Lans: Deze naam komt voor in Nederlands-Indonesische koloniale archieven als een beroeps- of ambtenaar die in die tijd actief was in Oost-Java, mogelijk in vergelijkbare administratieve of technische functies als Lucien Oudkerk Pool.
-
Hendrika Johanna Luinenburg-Pelle: Verpleegster en/of non. Ze maakte deel uit van de guerrillabeweging Bondowoso die zich verzette tegen de Japanse bezetting, samen met missiezuster Leonora Klusman. Ze was 48 jaar oud.
-
Dodo Lentze
-
Jan Hubert Mussers: Volgens sommige bronnen wordt zijn naam in verband gebracht met de Nederlandse gemeenschap van civiele ingenieurs en architecten in Indië, wat erop zou kunnen wijzen dat hij een professionele kennis was van Karel Bos.
-
Willem Adrianus Noordzij: Directeur van Christian MULO (middelbare school) in Malang.
-
Lucien Jean Oudkerk Pool: Naam komt voor in Nederlands-Indonesische koloniale archieven als een beroepsbeoefenaar of ambtenaar die in die tijd actief was in Oost-Java, mogelijk in vergelijkbare administratieve of technische functies als Carel Lans.
-
Johan Andries Schell
-
Willem Schoen
-
Charles Alexander Smith
-
Victor Herman Karel Straube
-
Ulrich Alfonso Thiel
-
Karel A. Visser
-
Jan Voigt
-
Martinus Coenraad Voogd
-
Samuel Wentzel

K. BOS: GEVANGENE- EN GRAFKAARTEN
.png)
.png)
Bovenstaande kaarten van gevangenen en graven:
1) Gevangen genomen in Malang door de Japanse bezetting.
2) Ongeveer 200 km/125 mijl per spoor overgebracht naar Kesilir. Vastgehouden in interneringskamp.
3) Overgebracht naar Bondowoso, ongeveer 140 km/87 mijl. Vastgehouden in krijgsgevangenenkamp.
4.) Ongeveer 10 km/6 mijl overgebracht naar het Tasnan-bos. Geëxecuteerd en begraven in een massagraf.
5) Massagraf opgegraven in Tasnam Forest nabij Bondowoso.
6) De stoffelijke resten zijn overgebracht naar de begraafplaats Ereveld Kembang Kuning (herdenkingsbegraafplaats) in Surabaya, ongeveer 220 km verderop, ter identificatie.
7) De stoffelijke resten werden overgebracht over een afstand van ongeveer 785 km/490 mijl en herbegraven in een nieuw massagraf op de LAATSTE RUSTPLAATS in Ereveld Ancol (Nederlandse Oorlogsbegraafplaats) in Jakarta.
OFFICIEEL ONDERZOEKSRAPPORT
Datering: 22 augustus 1948 – 9 september 1948
Officieel bezoek van CD van der Harst, JWF Meeng, S. Eimers en E.Ch. Wernink, rechercheurs van de ODO-afdeling Surabaya, aan de Besoeki-residentie, Madura en Malang, in verband met de opgraving van het massagraf in het Tasnan-bos, het onderzoek naar de graven van de gebroeders Knaus en het onderzoek naar de slachtoffers van Kempeitai.
​
(Gedeeld door Achmad Budiman Suharjono)
RE: KNOP HIERONDER: Nadat de website is geopend, klikt u op de kleine afbeelding van het document om alle pagina's van het document te bekijken.
K. BOS: OFFICIËLE PAGINA VAN DE STICHTING OORLOGSGRAVEN
Sekadar informasi: Saya menambahkan semua 7 gambar yang saat ini tercantum di sana.
Ucapan terima kasih yang sebesar-besarnya kepada Johan Teeuwisse, Koordinator Arsip Nekrologi, Oorlogs Graven Stichting, karena telah meluangkan waktu untuk menyelidiki informasi yang awalnya membingungkan mengenai beberapa makam baru, dan untuk mengonfirmasi lokasi akhir dan pasti makam perang kakek saya.